EN GIJ ZULT WETEN....
Ezechiël 16:62 (NBG51)
Ik zal mijn verbond met u oprichten; en gij zult weten, dat Ik de Here ben,
Ezechiël 6:7 (NBG51)
De gedoden zullen in uw midden blijven liggen, en gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Ezechiël 35:4 (NBG51)
Tot een puinhoop zal Ik uw steden maken, een woestenij zult gij worden, en gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Ezechiël 22:16 (NBG51)
Zo zult gij door uw eigen toedoen voor het oog der volken ontwijd worden, en gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Ezechiël 23:49 (NBG51)
Uw ontucht zal men over u brengen, en gij zult de zonden van uw afgoderij dragen. En gij zult weten, dat Ik de Here Here ben.
Ezechiël 12:20 (NBG51)
De bewoonde steden zullen tot puin en het land zal tot een woestenij worden; en gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Ezechiël 11:10 (NBG51)
Door het zwaard zult gij vallen; in het gebied van Israël zal Ik over u gericht houden; en gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Ezechiël 37:13 (NBG51)
En gij zult weten, dat Ik de Here ben, wanneer Ik uw graven open en u uit uw graven doe opkomen, o mijn volk.
Zoals zilver in de smeltoven gesmolten wordt, zo zult gij daarin gesmolten worden; en gij zult weten, dat Ik, de Here , mijn grimmigheid over u heb uitgestort.
Ezechiël 24:24 (NBG51)
Ezechiël zal u tot een zinnebeeld zijn; juist zoals hij doet, zult gij doen, wanneer het komt; en gij zult weten, dat Ik de Here Here ben.
Ezechiël 35:9 (NBG51)
Tot een eeuwige woestenij zal Ik u maken; uw steden zullen niet meer bewoond worden; en gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Jesaja 60:16 (NBG51)
En gij zult de melk der volken zuigen, ja koninklijke borsten zuigen, en gij zult weten, dat Ik, de Here , uw Redder ben en uw Verlosser, de Machtige Jakobs.
Ezechiël 13:23 (NBG51)
daarom zult gij niet langer bedrieglijke dingen schouwen en waarzeggerij plegen; Ik zal mijn volk uit uw hand redden. En gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Ezechiël 25:5 (NBG51)
Ik zal Rabba tot een weide voor kamelen maken en de (steden der) Ammonieten tot een rustplaats voor kleinvee; en gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Zacharia 4:9 (NBG51)
De handen van Zerubbabel hebben dit huis gegrondvest, zijn handen zullen het ook voltooien, en gij zult weten, dat de Here der heerscharen mij tot u gezonden heeft.
Joël 3:17 (NBG51)
En gij zult weten, dat Ik, de Here , uw God ben, die woon op Sion, mijn heilige berg, en Jeruzalem zal een heiligdom zijn, en vreemdelingen zullen er niet meer doortrekken.
Ezechiël 17:21 (NBG51)
Alle vluchtelingen van al zijn krijgsbenden zullen door het zwaard vallen, en de overblijvenden zullen naar alle windstreken uiteengedreven worden. En gij zult weten, dat Ik, de Here , het gesproken heb.
Ezechiël 11:12 (NBG51)
En gij zult weten, dat Ik de Here ben, naar wiens inzettingen gij niet gewandeld hebt, en aan wiens verordeningen gij niet voldaan hebt: naar de zeden der volken rondom u hebt gij gehandeld.
Ezechiël 20:42 (NBG51)
En gij zult weten, dat Ik de Here ben, als Ik u in het land van Israël brengen zal, in het land dat Ik gezworen heb aan uw vaderen te geven.
Exodus 16:12 (NBG51)
Ik heb het gemor der Israëlieten gehoord; zeg tot hen: in de avondschemering zult gij vlees eten en in de morgen zult gij met brood verzadigd worden; en gij zult weten, dat Ik, de Here , uw God ben.
Ezechiël 37:6 (NBG51)
Ik zal spieren op u leggen, vlees op u doen komen, u met een huid overtrekken en geest in u brengen, zodat gij herleeft; en gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Ezechiël 7:4 (NBG51)
Ik zal u niet ontzien en geen deernis hebben, maar Ik zal uw wandel aan u vergelden, uw gruwelen zullen op u neerkomen, en gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Ezechiël 13:21 (NBG51)
Ik zal uw sluiers verscheuren en mijn volk uit uw hand redden, het zal niet langer tot een prooi in uw handen zijn. En gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Ezechiël 13:14 (NBG51)
Ik zal de muur die gij met kalk bepleisterd hebt, neerhalen en ter aarde werpen, en zijn fundament zal worden blootgelegd; (de stad) zal vallen en gij zult daarin omkomen. En gij zult weten, dat Ik de Here ben.
Ezechiël 14:23 (NBG51)
Ja, zij zullen u troosten, wanneer gij hun handel en wandel zult zien. En gij zult weten, dat Ik niet zonder oorzaak gedaan heb al wat Ik daar gedaan heb, luidt het woord van de Here Here .
Reacties
Een reactie posten