Inleiding

              WAAROM VERTOEFT         

               OPWEKKING? 

(vervolg)

God is een God van opwekking. Waarom is er dan (nog) geen opwekking?

 deel 11

Gezocht – een profeet om tot de predikers te prediken. 

Pogen om de zon te gaan opmeten met een lintmeter, kan moeilijker zijn om te pogen Johannes de Doper op te meten aan de hand van onze moderne normen van geestelijkheid. Aan de Jordaan stelde de angstige massa zich de volgende vraag aangaande het kind Johannes (kind van Elisabeth en Zacharias): “Wat zal er van dit kind worden”? en ze kregen hetvolgende antwoord: ”Want hij zal groot zijn voor de Here” Lukas 1:15.

Vandaag voelen we ons een beetje verloren en verward met dit woordje “GROOT”, want we vergissen ons tussen verhevenheid en uitblinkendheid. God verlangde niet naar een prediker of een priester, maar naar mannen. Er waren er veel, zoals nu, maar ze waren te klein. 

God verlangde naar een groot man voor een grote taak!

Johannes de Doper had waarschijnlijk geen enkele kwalificatie voor het priesterschap, maar hij had alle kwaliteit om een profeet te worden. 

Vóór zijn komst waren er 400 jaar voorbij gegaan van duisternis zonder een lichtstraal van profetie – 400 jaren van stilte zonder “zo spreekt de Here”, 400 jaar van progressieve achteruitgang in geestelijke dingen. Met een stroom van bloed van dieren als verzoening  en met een priester als bemiddelaar, was Gods geliefde natie verloren in rituelen, offers en besnijdenis. 

Maar wat een leger van priesters niet kon doen gedurende 400 jaar, één man gezonden door God, Johannes de Doper, door God geboetseerd en pasklaar gemaakt en door God aangevuurd, deed het in 6 maand. 

Sommigen zeggen dat God ongeveer 20 jaar nodig heeft om van iemand een prediker te maken. Johannes de Doper zijn training was in Gods universiteit van Stilte. God neemt al zijn grote mannen daarheen. Hoewel Paulus, de trotse, wet-houdende Farizeeër met een kolossaal intellect en een opscheppende stamboom was, had hij toch een ontmoeting nodig met Christus op de weg naar Damascus. 

En het duurde ook nog 3 jaar om hem te ledigen en dingen af te leren, vooraleer hij kon zeggen: ”God is Zelf aan mij verschenen”. God kan iemand in één moment vullen, na jaren van noodzakelijke ontlediging. Halleluja. 

Jezus zei: ”Ga”, maar Hij zei ook: ”Wacht totdat”. 

Laat iedere man zich opsluiten gedurende een week met alleen water en brood, zonder boeken dan alleen de Bijbel, zonder bezoek, alleen de Heilige Geest en ik garandeer u, dat deze man zal breken of doorbreken. Nadien, zal hij zoals Paulus gekend zijn in de hel. 

Johannes de Doper was in de school van Gods stilte, de woestijn. Wie was beter geschikt voor deze taak om een lome natie te bewegen van haar sluimering, dan deze door de zon verschroeide, met vuur gedoopte, in de woestijn opgevoede profeet – gezonden door God met het gezicht van een oordeelsmorgen? 

In zijn ogen was het licht van God, in zijn stem was Gods autoriteit en in zijn ziel was de passie voor God. Wie, vraag ik, kan groter zijn dan deze Johannes?

Waarlijk, hij deed geen wonder, hij liet geen enkele dode opstaan, maar hij deed veel meer, hij bracht een hele natie tot leven. 

Deze profeet met een lederen gordel om zijn lendenen met een beperkte tijd voor zijn bediening, was zo gebrand en straalde zo, dat wie zijn hete tong en ergerlijke boodschap hoorde, naar huis gingen, een slapeloze nacht tegemoet totdat hun verschroeide zielen verbroken werden in berouw. 

Johannes de Doper was eigenaardig wat betreft de leer: geen offers, geen rituelen of besnijdenis, eigenaardig qua voeding en drank; eigenaardig qua kledij, geen gebedsriemen of Farizese gewaden. 

Maar Johannes was groot! Grote adelaars vliegen alleen, grote leeuwen jagen alleen; grote zielen wandelen alleen, alleen met God. Zo’n eenzaamheid is moeilijk te verduren en blijdschap hierover is onmogelijk, tenzij God ons vergezelt. 

Johannes de Doper was groot in 3 dingen:

- groot in zijn trouw aan Vaders training voor vele jaren;

- groot in zijn onderwerping aan de Geest, stapte hij en stapte hij;

- groot in zijn uitspraken over de Zoon, Wie hij nooit eerder had gezien en toch zei hij: ”Zie, het Lam van God dat de zonden der wereld wegneemt”. 

Johannes de Doper was een “Stem”. De meeste predikers zijn alleen maar echo’s, want als je hard luistert, ben je in staat om te vertellen wat het laatste boek was, dat ze gelezen hebben en hoe weinig ze van het Boek citeren.

Om de massa te bereiken, hebben we een “Stem” nodig – iemand uit de hemel gezonden, een profeet. We hebben verbroken mannen nodig om mensen tot verbrokenheid te leiden. Broeders, we hebben een volledige toerusting, maar geen volharding, opschudding maar geen schepping, actie maar geen zalving, gerommel maar geen opwekking. 

We zijn dogmatisch, maar niet dynamisch. Elk tijdperk werd ingeleid door vuur. 

John Wesley zong:” Red onze zielen uit het vuur en blus ze met Jezus’ Bloed”. 

Broeders, we hebben maar één visie – zielen redden en toch komen ze om. 

Miljoenen, miljarden eeuwige zielen hebben Christus nodig. We zouden moeten beschaamd zijn. We zouden ervan moeten gruwelen. We moeten er de tragedie van inzien. 

Christus wou niet dat één ziel verloren zou gaan. Mensen lopen naar het hellevuur, omdat wij het vuur van de Heilige Geest verloren zijn. Deze generatie van predikers is verantwoordelijk voor deze generatie van zondaars. Bij de deuren van onze kerken bevinden zich massa’s verlorenen (niet gewonnen) omdat ze niet geliefd zijn. Dankt God voor alles wat er gedaan wordt in de overzeese bedieningen. 

Nochtans is het eigenaardig, dat we meer schijnbare bezorgdheid hebben voor de andere kant van de wereld, dan voor onze stervende buren aan de overkant van de straat. Met onze massa-evangelisatie, worden zielen gewonnen in 100-tallen. Laat er een atoombom vallen en duizenden vallen in de hel.

Door te zeggen dat  de zonde van vandaag geen vergelijking heeft met vroeger is een slecht fundament. Jezus zei: ”Zoals het was in de dagen van Noach, zo zal het zijn in de dagen van de Zoon des mensen”. Hoe de tijd van Noach eruit zag lezen wij in Genesis 6:5 “Toen de Here zag, dat de boosheid des mensen groot was op de aarde en al wat de overleggingen van zijn hart voortbrachten te allen tijde slechts boos was”.

Er was kwaad zonder uitzondering, zonder elke inbeelding, kwaad zonder vermenging, alleen puur kwaad; kwaad zonder onderbreking, continu kwaad. Zoals het was, zo is het nu!

Zonde is verheerlijkt, wordt populair gemaakt, in onze oren door de radio, in onze ogen door de TV, en uitgegoten op populaire tijdschriftcovers. 

Kerkgangers, preek-ziek en onderwijs-moe, verlaten de samenkomst zoals ze zijn binnen gekomen, visieloos en koel!

Oh God, geef deze stervende generatie 10.000 Johannes de Dopers om de banden af te scheuren van onze nationale en internationale zonden, begaan door politici en moralisten.

Zoals Mozes zich niet kon vergissen, bij het waarnemen van een brandende braamstruik, zo zal een natie zich ook niet vergissen bij het zicht van een vurige man Gods. 

God beantwoordt vuur met vuur.

Hoe meer vuur op de preekstoel, hoe minder brand in het hellevuur. Johannes de Doper was een nieuwe man met een nieuwe boodschap. Als een ter dood veroordeelde de angstkreet hoort van de rechter: ”Schuldig” en erbij verbleekt, hoort de menigte de schreeuw van Johannes de Doper: “Bekeer u” totdat het neerdaalde in hun gedachten, in hun beroerd geheugen, hun geweten wakker schudde en een verschrikte angst teweeg bracht, welke leidde tot berouw en doop. 

Na Pinksteren, na de donderpreek van Petrus, fris door zijn Geestesdoop, schudde de menigte totdat er één man riep:

“Mannen, broeders, wat moeten we doen”. Beeld u eens in dat er iemand antwoordt: ”Juist één kaart ondertekenen, regelmatig naar de Gemeente gaan, uw tienden betalen”!

Duizendmaal neen!!!

Gezalfd door de macht van de Geest, schreeuwde Johannes: “Bekeer u”. En ze deden het. Bekering zijn geen hete tranen voor een ogenblik, volgens een berouwvolle manier. 

Het is geen emotie, spijt of hervorming.

Bekering is een verandering in de gedachten omtrent God, zonde en hel.

De 2 grootste krachten in de natuur zijn vuur en wind en deze 2 kwamen samen op de Pinksterdag. Op deze manier, zoals vuur en wind, werd deze gemeenschap van de bovenzaal, onweerstaanbaar, onvoorspelbaar, toen hun vuur het vuur startte van de bediening, welke het vuur bluste van geweld en het vuur aanstak van vervolging en het vuur aanstak van opwekking.

Vuur van de Heilige Geest vernietigt, reinigt, verwarmt, verlicht, boeit, en geeft macht. 

Sommige Christenen kunnen niet vertellen wanneer ze werden gered. Maar ik heb nooit een man gekend die gedoopt was in de Geest en met vuur en die niet kon zeggen wanneer het gebeurde. Zulke door de Geest vervulde mensen schudden naties, zoals Wesley, die geboren werd uit de Geest, gevuld met de Geest, en leefde en wandelde in de Geest.

Een auto zal nooit bewegen zonder een ontstekingsvuur, zo ook mannen, die alles bezitten, behalve vuur. 

Broeders, er is een speciaal oordeel voor predikanten, ze zullen een nog strengere veroordeling ontvangen (Jakobus 3:1: “Laat niet zovelen uwer leraars zijn, mijn broeders; gij weet immers, dat wij er des te strenger om geoordeeld zullen worden”). 

Zou het mogelijk zijn, dat mannen die voor de troon van God zullen staan, zich zullen wenden tot de predikers: ”Predikant, als u het vuur van de Heilige Geest had gehad, dan zou ik nu niet naar het hellevuur moeten gaan”.

(wordt vervolgd).