Liefde thuis

Als ik in een huis woon dat kraaknet is en waar alles op zijn plaats staat,

maar ik heb geen liefde,

dan heb ik een huis, maar geen thuis.

Als ik tijd heb om alles te boenen, te poetsen en te versieren,

maar ik heb geen liefde,

dan leren mijn kinderen wel netheid maar geen godsvrucht.

Liefde laat het stof liggen om op zoek te gaan naar de lach van een kind.
Liefde glimlacht om de kleine vingerafdrukken op een pas gepoetst vensterglas.

Liefde wist eerst de tranen weg vooraleer het gemorste melk opveegt. Liefde tilt het kind op wanneer het het speelgoed opruimt.

Liefde is aanwezig bij alle beproevingen. Liefde beurt op, troost en beantwoordt. Liefde kruipt samen met de baby, wandelt met de peuter, loopt met het kind en staat pal naast de jeugd die naar volwassenheid groeit.

Liefde is de sleutel die de boodschap van het Evangelie opent in het hart van een kind.

Voor ik een moeder werd lag mijn eer in een onberispelijk huis.
Nu zoek ik mijn eer in de aanwezigheid van God in mijn kind. Als moeder moet ik mijn kind heel veel leren, maar het allerbelangrijkste van alles is LIEFDE.

(schrijver onbekend)