BEDIENING DER ENGELEN

HOOFDSTUK VI


DE STRIJD VAN DE CHRISTENEN TEGEN DE GEVALLEN ENGELEN.


"Want wij hebben niet te worstelen tegen bloed en vlees, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten" (Efeziërs 6:12).


Er zijn goede engelen die voor ons vechten, maar er zijn ook engelen tegen wie moeten strijden. De apostel Paulus schrijft over zijn persoonlijke gebedsstrijd en worsteling met de kwade machten. In I Korintiërs 15:32 herinnert hij aan zijn gevecht "met wilde dieren te Efeze". Tegen de Romeinen zei hij: "De God nu des vredes zal weldra de satan onder uw voeten vertreden" (Romeinen 16:20). Aan de Thessalonicenzen schreef hij, dat hij naar hen toe wilde komen, "doch de satan heeft het ons verhinderd". 

Waarom drong de apostel er bij zijn volgelingen op aan om een voortdurende strijd tegen de vijand te voeren? Waartoe dienden hun worstelingen in het gebed? Zijn antwoord was: zodat het Evangelie zijn vrije loop mocht hebben! Dat de vijandige kwade machten, die het Evangelie proberen te belemmeren, gebonden en krachteloos zouden worden. Satan probeert deuren te sluiten voor het Evangelie, wetende dat als hij daarin slaagt, hij kan verhinderen dat zielen aan zijn greep ontkomen. Overwinnende voorbede zal satan verhinderen zijn goddeloze plannen ten uitvoer te brengen en zal, zo nodig, engelenkrachten ten tonele doen verschijnen, zoals dat gebeurde in de dagen van Daniël.

Op Golgotha versloeg Christus de satan, en satan heeft geen wettige macht over de gelovige. Maar evenals een dakloze, die een leegstaand huis wederrechtelijk betrekt, moet hij verdreven worden; vandaar de noodzaak van geestelijke strijd. 

Daarom roept God Zijn volk op om het initiatief te nemen tegen deze boze machten. In Zacharia 3:1-3 wordt satan ons getoond als staande voor de engel des HEREN om hem te weerstaan. Maar als gevolg van iemands gebeden, sprak de Heer: "De Here bestraffe u...ja de Here, die Jeruzalem verkiest, bestraffe u". 

Hoe belangrijk is de dienst der voorbede. Er was een tijd in de geschiedenis van Israël, dat God geen voorbidder kon vinden om te bidden voor Jeruzalem. Daarom moest Hij toestaan dat het oordeel over het land viel.


"Ik heb onder hen gezocht naar iemand, die een muur zou kunnen optrekken en voor mijn aangezicht op de bres zou kunnen staan ten behoeve van het land, zodat ik het niet zou verwoesten, maar ik heb hem niet gevonden. Daarom heb Ik mijn gramschap over hen uitgestort; met het vuur van mijn verbolgenheid heb ik hen verteerd, hun wandel heb Ik op hun hoofd doen neerkomen - luidt het woord van de Here HERE" (Ezechiël 22:30-31).


Het land Israël werd onder de voet gelopen door de legers van Nebukadnezar en de kinderen Israëls kwamen in een 70 jaar durende gevangenschap terecht, totdat God tenslotte Daniël, de profeet kon doen opstaan, die zich aan Hem vastklemde in gebed voor herstel van het land. Elders hebben wij reeds de aandacht gevestigd op Daniëls gebed en hoe hij 21 dagen lang, vastend en biddend, wachtte voor het aangezicht des Heren.

Toen de Engel des HEREN tenslotte kwam, maakte hij Daniël duidelijk hoe hij drie weken lang tegen de vorst van Perzië had gevochten en eindelijk, dank zij Daniëls voorbede, in staat was geweest om door de weerstrevende krachten der duisternis heen te breken.


"En hij zeide tot mij: Daniël, gij zeer beminde man, let op de woorden die ik to u spreek, en ga rechtop staan, want nu ben ik tot u gezonden. Toen hij dit tot mij sprak, stond ik bevende op. En hij zeide tot mij: Vrees niet, Daniël, want van de eerste dag af, dat gij uw hart erop gezet had om inzicht te verkrijgen en om u voor uw God te verootmoedigen, zijn uw woorden gehoord, en ik ben gekomen op uw woorden. Maar de vorst van het koninkrijk der Perzen stond één en twintig dagen tegenover mij: doch zie, Michaël, een der voornaamste vorsten, kwam mij te hulp, zodat ik daar, bij de koningen der Perzen, de overhand behield" (Daniël 10:11-13).

Hier is een van de opmerkelijkste openbaringen van de Bijbel. De engelen worden gezonden om ons in onze strijd te helpen, maar zij kunnen het niet alleen aan. Zij hebben onze medewerking nodig als wij de hunne. In Efeziërs 6:12-19 verklaart de apostel zeer beslist dat de gebedsstrijd van de heiligen een belangrijke rol speelt in de strijd om satans macht te overwinnen. Engelen en Gods heiligen zijn elkaars bondgenoten in het reusachtige conflict om satan te verdrijven uit zijn positie in de hemelse gewesten. Paulus laat ons zien, dat het nodig is onszelf met de juiste wapens te bewapenen, willen wij niet kwetsbaar zijn voor satans aanvallen, aangezien het geen strijd is tegen "vlees en bloed", maar een geestelijke strijd. Want men zal begrijpen dat satan onmiddellijk profijt zal proberen te trekken van elke kans die hem geboden wordt.

Paulus beschrijft de wapenrusting van de Christen. Allereerst moeten “zijn lendenen omgord zijn met de waarheid”. Dwalingen in de kerk, die er tegenwoordig zo in overvloed zijn, dienen om Gods kinderen te  verdelen en te verzwakken. Dwalingen kunnen gewoonlijk herkend worden, want wanneer een mens een valse leerstelling belijdt, zal een of andere verdorvenheid van zijn denken hem bezeten doen zijn van het belang van zijn dwaling, zodat het desbetreffende geschilpunt voor hem zelfs belangrijker wordt dan de grondwaarheden van het Evangelie.
In de tweede plaats spoort Paulus ons aan om "ons te bekleden met het pantser der gerechtigheid". Onze handen moeten rein zijn en onze lippen zuiver, als wij de strijd willen winnen. De duivel is inderdaad woedend, wanneer zij, die op zijn terrein leven, het wagen hem bevelen te geven. Wee degene die zo onverstandig is om de duivel aan te vallen, terwijl hij de duivel in zijn hart heeft.

Let op wat er gebeurde met de zonen van Skevas, die, ook al waren zij tovenaars, de duivel probeerden uit te werpen. Zij zouden niet gauw de les vergeten die ze leerden, toen de demonen zich tegen hen keerden en hen in angst deden vluchten, gewond en zonder kleren (Handelingen 19:13-16). 
In de derde plaats is het "schild des geloofs" nodig. De enkeling die ten strijde trekt tegen de machten der duisternis, trekt het vuur van de vijand naar zich toe. Door het geloof zijn alle dingen mogelijk. Door het geloof kunnen alle vurige pijlen van de vijand worden gedoofd. 

De "helm des heils" is in elk geval noodzakelijk. Zoals wij hebben aangetoond, zendt God een beschermengel om op ieder kind dat op deze wereld geboren wordt, te letten en het te beschermen; maar desondanks zal de engel het kind op den duur moeten verlaten, tenzij het Christus aanneemt als het op de leeftijd des onderscheids komt. Het is inderdaad een treurige dag, wanneer de engel Gods bemerkt dat zijn liefdewerk een vergeefse zaak is en hij voor eeuwig zijn pupil verlaat.

Tenslotte dienen wij het zwaard des Geestes op te nemen, dat is het Woord van God. Christus versloeg de duivel in de woestijn door het Woord van God (Matteüs 4:1-11). Hoe belangrijk is het daarom dat wij de Schrift goed leren kennen, opdat wij evenals Christus de vijand kunnen verslaan met het zwaard des Geestes. 

Wanneer zal die grote strijd in de hemelse gewesten beëindigd zijn? Openbaring 12:8-12 geeft het antwoord. Michaël en zijn engelen zullen opkomen en tegen satan ten strijde trekken, en satan en zijn gevallen engelen zullen uit hun posities in de hemelse gewesten worden gestoten en gedwongen worden omlaag naar de aarde te gaan, waar hen wordt toegestaan hun acties een korte tijd voort te zetten tijdens de Grote Verdrukking. Alhoewel Michaël en zijn engelen de hemelse wezens zijn die de nederlaag en uitwerping van de duivel en zijn leger bewerken, is het van belang op te merken dat er staat geschreven: "En zij hebben hem overwonnen door het bloed van het Lam en het woord van hun getuigenis". Dit toont aan, dat de engelen niet alléén de nederlaag van de duivel bewerken, maar het zijn de gebeden, het geloof, het getuigenis van de rechtvaardigen, die onder de bescherming van het bloed van het Lam zijnde, eveneens een vitale rol spelen in de omwerping van de duistere machten. 
En terwijl de inwoners der aarde zich snel voortspoeden naar de dagen van de Grote Verdrukking, roept God mannen en vrouwen , die gebedsstrijders willen zijn in deze grote veldslag der eeuwen. Laat Gods volk daarom onafgebroken strijden in een machtig, gezamenlijk gebed om de nederlaag en verwijdering van deze overste van de machten in de lucht. Wanneer de overwinning komt, en die zal zeker komen, mogen zij delen in de glorie, dat zij een belangrijk aandeel hebben gehad in zijn nederlaag. 
Wanneer dan de Grote Verdrukking eindigt, breekt de tijd van vergelding aan voor satan en de gevallen engelen. Een grote engel van God daalt neer uit de hemel, met de sleutel van de bodemloze afgrond. Hij grijpt satan, die de volkeren verleidt, en werpt hem in de duisternis van de afgrond. In die bodemloze gevangenis worden samen met hem de engelen en boze geesten, die hem gevolgd zijn, geworpen (Jesaja 24:21-22). Daar moeten zij blijven tot de tijd van het oordeel; dan zullen zij voor een korte tijd worden losgelaten om dan tenslotte hun uiteindelijke en onherroepelijke bestemming tegemoet gaan

-----------------------------

EINDE

Gordon Lindsay

Bron: Gazon Uitgeverij Nederland



 



Reacties

Populaire posts van deze blog

Inleiding