JEZUS’ HAASTIGLIJK KOMEN


H.SILIAKUS


BRUILOFTSVERWACHTING


Zie, Ik kom haastiglijk; en Mijn loon is met Mij, om een iegelijk te vergelden, gelijk zijn werk zal zijn” (Openbaring 22:12). Dit is één van de laatste uitspraken van Jezus in Gods Bijbel. Het zijn dreigende woorden. Jezus komt en met Hem het loon! Maar voor “bruiloftskinderen” klinkt dit niet als een dreigement. Het is voor hen veeleer een bemoediging. Zij lezen hierin een aanmoediging om nog even vol te houden. Wij horen de Bruid dan nog in hetzelfde hoofdstuk roepen: “Ja, kom, Here Jezus!” Zijn wij bruiloftskinderen? Hebben wij het witte bruiloftskleed aan? Zijn onze lampen gevuld met olie? En zijn onze lendenen omgord met de waarheid?
Dit woord van Jezus is een bemoediging voor de bruiloftsschare. Wij kunnen er echter ook in lezen een mededeling over wat Hij gaat doen als de tijd vol is. Een opmerkelijk aspect van Gods handelen. Als Hij komt, komt Hij met haast!


GOD HAAST ZICH NIET


Als regel haast God Zich niet. Zijn molens malen langzaam, maar zeker! Dit brengt ons voor allen met zich mee, dat wij moeten leren te wachten. De satan haast zich. Hij moet wel, want hij heeft nog maar een korte tijd. Dat hij zich haast, dat zien wij ook. Het proces van verwording en ontaarding in de wereld van vandaag is in een stroomversnelling terechtgekomen. Alles gaat hard achteruit. De perversiteit en de zedeloosheid wordt steeds groter. En ook in de Gemeente is satan druk bezig. Hier openbaart hij zich vooral als een “engel des lichts”! Schijnopwekkingen,schijnbare toewijding aan de Heer, schijnvroomheid, enz. Ja, satan moet zich haasten. God hoeft dat niet. Het lijkt soms wel zo, doch Gods zaak is nooit een verloren zaak! Ogenschijnlijke mislukkingen markeerden zo vaak de voortgang van Gods werk. Wij dienen dat in gedachten te houden. De kruisdood van onze Here leek een droevig einde van een mooie droom, maar was juist een wonderbaar, nieuw begin! Soms vinden wij, dat God zich moet haasten, dat Hij te traag is. Wij roepen dan als de eerste discipelen tijdens een storm op zee: “Meester, bekommert het U niet, dat…?” Doch onze Heer heeft alles in Zijn hand. Zij die in Hem geloven, zullen zich daarom ook niet haasten, d.w.z. zij zullen nimmer in paniek geraken.


DE VOLHEID DES TIJDS


Toch haast God Zich soms wel. Maar niet omdat Hij de macht dreigt te verliezen. Als Gods klok het vastgestelde uur slaat, dan gaat God met spoed te werk. Toen de volheid des tijds gekomen was, zond God Zijn Zoon naar deze wereld. Honderden jaren lang gebeurde er niets dat Diens komst aankondigde. Tot Gods uurwerk het aangewezen uur aangaf. Zie, hoe snel dan de gebeurtenissen elkaar gaan opvolgen! Zo zal het straks ook bij de wederkomst van Jezus gaan. Als eenmaal Gods lankmoedigheid op raakt, als de genadetijd ten einde loopt, dan haast God Zich. Als de tijd “vol” is (vandaar: “volheid des tijds”), gaat God onverwijld en onverbiddelijk over tot handelen. Dat tijdstip, waarop een einde komt aan de genade, nadert voor de wereld thans snel. “Ik kom haastiglijk”. Als het zover is, zullen de gebeurtenissen elkaar opnieuw snel opvolgen. Volgens dezelfde wijze van doen, komt God ook in mensenlevens tussenbeide. De Schrift geeft daar voorbeelden van. Denk aan een Nabal (I Samuël 25). Of aan een Herodes, de vervolger van de Gemeente en moordenaar van Jakobus, die zich in zijn overmoed als een god liet vereren. Doch toen sloeg Gods uur en hij werd in korte tijd door de wormen opgevreten, een gruwelijke dood stervende.
God laat niet met Zich spotten. Lange tijd lijkt het, dat men Hem ongestraft kan tarten, maar als de maat vol is, komt er een haastig verderf!


EERST ZEGEN, DAARNA OORDEEL


Voor de getrouwen zijn de woorden van Jezus in Openbaring 22:12 nochtans als een bemoediging bedoeld, opdat zij volharden. Met betrekking hiermede is er voor ons nog iets te leren. Wanneer nu al deze dingen gaan geschieden, die ons zeggen, dat God haast gaat maken om af te rekenen met de zondige wereld en een krom en verdraaid mensen geslacht, moeten wij doen wat in Lukas 21:28 geschreven staat: “Zo ziet omhoog, en heft uw hoofden opwaarts, omdat uw verlossing nabij is.” Het is een woord, dat maar weinigen echt begrijpen. De hoofden opwaarts heffen, dat wil zeggen: bidden. Het is in de eerste plaats een opdracht om te bidden en daarnaast een aanmoediging om te verwachten. Waarvoor moeten wij dan bidden in deze tijd? zo vraagt u. Wij moeten bidden, dat de Heer ook haast zal maken met ons te bezoeken met Zijn genade! Daar is loon, niet alleen voor de ongehoorzamen en zij die vuil zijn, maar ook voor de reinen en de getrouwen (zie Openbaring 22:11). Uit het profetisch Woord leren wij, dat voordat de goddelozen hun loon ontvangen, de Heer eerst het loon zal uitkeren aan de rechtvaardigen. Er zijn talloze voorbeelden in Gods raadsplan van verlossing aan te wijzen, die ons te verstaan geven, dat aan een openbaring van oordeel altijd een openbaring van zegen voorafgaat! De wateren van de zondvloed bedekten de aarde niet voordat God gezonden had, Noach, de prediker der gerechtigheid. Bij de eerste komst van onze Heer zien wij iets dergelijks. De opening van de tijd van het welbehagen des Heren werd gevolgd door de “dag der wraak onzes Gods”: in 70 na Christus werd Jeruzalem verwoest en werden de Joden verstrooid (zie Jesaja 61:2, verg. Lukas 4:18-20). Zo zal het ook straks weer zijn. Vóór de volheid van oordeel wordt geopenbaard (in de Grote Verdrukking en Armageddon), komt eerste de volheid van redding en genade. Voordat het oordeel komt, zal de Here Jezus eerst een uitstorting van zijn Heilige Geest geven, een machtige en wonderbare opwekking. En daarvoor moeten wij onze hoofden opwaarts heffen en bidden! De lange winter is bijna voorbij, de zangtijd genaakt en de tijd van de plasregens is gekomen. “Begeert van de Here regen, ten tijde des Spaden Regens!” zegt Zacharia 10:1.

HAAST EN OPWEKKING


Twee voorbeelden haal ik nog aan ter bevestiging van het bovenstaande, namelijk, dat Jezus’ haastiglijk komen ook spreekt van een wonderbare opwekking die wij nog mogen verwachten. Ten eerste: II Kronieken 29. Hier lezen wij over een geestelijke opwekking onder het volk van Juda ten tijde van Hizkia. Wat zegt dan vers 36? ...”Jehizkia nu en al het volk verblijdden zich over hetgeen God het volk voorbereid had; want deze zaak geschiedde haastiglijk!” Het tweede voorbeeld betreft de zogenaamde Vroege Regenopwekking. Dezelfde mededeling over de aard van het handelen van God komen wij hier tegen. In Handelingen 2:2 lezen wij: “En er geschiedde haastiglijk uit de hemel een geluid, gelijk als een geweldige gedreven wind.” Daarvoor hadden de 120 verzamelde discipelen ernstiglijk gebeden! En toen het door God bepaalde ogenblik was aangebroken, kwam de zegen met haast tot hen. Daarom, als Jezus nu zegt: “Ik kom haastiglijk” (en Hij zegt dat tot driemaal toe in Openbaring 22!), dan mag het getrouwe en volhardende kind van God verstaan: om de Zijnen het loon der gerechtigheid te geven, de Spade Regen (Hosea 10:12). God heeft Zijn volk ook vandaag nog iets voorbereid, iets dat wederom grote blijdschap zal brengen. Bid erom en zie ernaar uit. En haast u om te doen wat de Heer van u vraagt. Haast u om tot het bruiloftsvolk te behoren. Zo zal Zijn haastiglijk komen voor u niet schrik brengen, gelijk een dief in de nacht, maar vreugd, gelijk een bruidegom, komend tot zijn verlangende bruid.


Bron: www.eindtijdbode.nl

Reacties

Populaire posts van deze blog

Inleiding