Nieuwe wijn in nieuwe zakken.
DIT BOEK EN U…
De Heere Jezus Christus heeft een doorlopende strijd gevoerd tegen de religieuze leiders van Zijn tijd, die het Joodse volk hadden geleerd om meer ontzag te hebben voor de tradities van hun ouderlingen dan voor het Woord van God. Uiteindelijk werd onze Heere gedood omdat Hij aanhield dat Gods geopenbaarde Woord boven de tradities van mensen staat.
Vandaag de dag zijn veel gelovigen op een dwaalspoor beland en in slavernij terecht gekomen doordat zij hebben gedronken van de oude wijn – de tradities van mensen, die zich in de afgelopen twintig eeuwen binnen het Christendom hebben opgestapeld en die zijn toegevoegd aan Gods Woord of die Gods Woord hebben vervangen.
Wanneer de nieuwe wijn hen wordt aangeboden, antwoorden zij: “De oude is beter” (Lukas 5:39). en zodoende staan zij jaar in jaar uit in geestelijk opzicht stil.
Voor veel gelovigen is het lezen van Gods Woord met een open en onbevooroordeelde houding één van de moeilijkste zaken. De meeste Christenen zijn niet bereid om de tradities van hun ouderlingen op te geven, zelfs wanneer zij zien dat deze in strijd zijn met de leer van Gods Woord.
Als wij Gods plan vandaag de dag willen vervullen, moeten we terugkeren naar het geloof dat door God geopenbaard is aan Zijn heilige apostelen en profeten, zoals dit is opgeschreven in de boeken van het Nieuwe Testament. Als wij hiernaar terug willen keren, dan moeten we bereid zijn om schade toe te brengen aan iedere menselijk traditie die in strijd is met het Woord van God ( Matteüs 11:12).
Hoofdstuk 1
De nieuwe wijn in nieuwe wijnzakken
Jezus sprak over nieuwe wijn die in nieuwe wijnzakken gegoten moet worden (Lukas 5:37). De nieuwe wijn is het leven van Jezus en de nieuwe wijnzak is de Gemeente die Jezus bouwt.
De nieuwe wijn
Op de bruiloft in Kana, waar Jezus bij aanwezig was, raakte de oude wijn op. De oude wijn was gemaakt door menselijke inspanning en over een periode van vele jaren. Maar toch kon deze oude wijn niet voorzien in de behoefte van de mensen. Dit staat symbool voor het leven onder de wet: het oude verbond. De oude wijn raakt op en de Heere moet wachten totdat die oude wijn opraakt, voordat Hij ons nieuwe wijn kan geven. “Want de Heere God zegt: Slechts door Mij te verwachten zult u gered worden...maar u zegt: Wij zullen hulp krijgen vanuit Egypte (menselijke kracht)! Es zult u op de vlucht gejaagd worden door uw vijanden...En de Heere wacht op u totdat u aan het einde van uzelf komt en totdat u tot Hem komt, zodat Hij u Zijn liefde kan tonen. Hij zal u veroveren om u te zegenen...Gezegend zijn allen die Zijn hulp verwachten”. (Jesaja 30:15-18, geparafraseerd)
Wanneer wij herhaaldelijk hebben geprobeerd om in overwinning te leven en steeds opnieuw hebben gefaald, dan is de les die God ons wil leren: “Je kunt in eigen kracht de overwinning niet behalen”.
Zolang als je onder de wet bent, zal de zonde over je heersen. Het belangrijkste werk dat God in elk van Zijn kinderen wil doen is om de kracht van het zelfleven volledig te verbreken. In Kana wachtte Jezus eerst totdat de oude wijn was opgeraakt, alvorens Hij Zijn wonder deed. Vandaag de dag wacht Hij totdat onze eigen kracht opraakt. God gebruikt al ons falen en onze nederlagen om ons tot het einde van onszelf te brengen, want Hij kan zijn kracht slechts volledig tonen in onze zwakheid (II Korintiërs 12:9). We kunnen de kracht van ons zelfleven ervaren op momenten van verzoeking en provocatie: wanneer we reageren met bittere woorden, boze uitlatingen en zelfrechtvaardiging; wanneer we anderen bekritiseren en veroordelen; wanneer we niet vergevingsgezind zijn of een liefde hebben voor het verzamelen van materiële dingen; wanneer we vechten voor onze rechten en reputatie of wanneer we wraak zoeken. Deze en andere vergelijkbare houdingen laten ons zien hoe groot de kracht is van het zelfleven dat nog steeds in ons is – de oude wijn is nog niet opgeraakt. En Jezus wacht aan de zijlijn terwijl Hij niets voor ons doet.
Als wij slechts zouden toelaten dat God ons verbreekt en als wij onszelf zouden verootmoedigen en met vreugde zouden sterven aan onze rechten en aan onze reputatie, hoe snel zou Hij ons dan wel niet kunnen leiden naar een leven onder het nieuwe verbond! Al onze beproevende omstandigheden, frustraties, teleurstellingen en perioden van verdriet worden door God gebruikt om de kracht van ons zelfleven volledig teniet te doen.
Zo werkte God ook in het leven van Job. Uiteindelijk bereikte Job het nulpunt, toen hij met zijn aangezicht ter aarde tegen God zei: “Heere, ik ben niets...Ik leg mijn hand op mijn mond...Voorheen kende ik U slechts van horen zeggen (op een indirecte manier), maar nu heb ik U zelf gezien. Daarom veracht ik mijzelf en heb ik berouw, op stof en as”. (Job 39:37, 42:5-6, geparafraseerd)
Dat is wat er gebeurt wanneer God ons uiteindelijk heeft verbroken en ons een openbaring heeft gegeven van wie Hij is. Toen Mozes 40 jaar oud was vond hij zichzelf heel bekwaam. Maar toen hij 40 jaar later werd gebroken door de ontmoeting met God zei, zei hij: “Heere, ik kan niet spreken. Stuur iemand anders”. (Exodus 4:10, 13, geparafraseerd)
Hetzelfde overkwam de grote profeet Jesaja toen hij Gods heerlijkheid zag. Hij zei: “Ik zal ten onder gaan, want ik ben een zondaar met onreine lippen”. (Jesaja 6:5 geparafraseerd). Daniël beschreef dat er geen kracht meer in hem overbleef toen hij het visioen zag wat de Heere hem gaf. Ook hij kwam tot het nulpunt (Daniël 10:8).
Nadat de geestvervulde apostel Johannes al 65 jaar met God had gewandeld, zag hij Jezus op het eiland Patmos en viel hij als dood voor zijn voeten neer (Openbaring 1:17).
Iedereen die de heerlijkheid van de Heere heeft gezien, heeft dit op deze manier ervaren! Hun gezichten hielden zij ter aarde gebogen en hun monden bleven gesloten.
Als God ook ons op die plek kan brengen, dan is het slechts een eenvoudige taak voor Hem om ons ook de nieuwe wijn te geven: het leven van Jezus, de Goddelijke natuur, de grootste zegen van het nieuwe verbond, verzegeld door het bloed van Jezus.
Wat geweldig zou het zijn als wij allemaal snel op die plek zouden komen en vanuit die positie al onze dagen zouden leven – met onze gezichten ter aarde gebogen voor God! Want zo’n leven ontwikkelt zich als een steeds helderder schijnend licht (Spreuken 4:18), van heerlijkheid tot heerlijkheid (II Korintiërs 3:18).
Johannes spreekt over “in het licht wandelen” (I Johannes 1:7). Er wordt dus niet gesproken over in het licht “staan”, maar over in het licht “wandelen”. Dit betekent dat je vooruitgaat en steeds dichterbij hem komt in Wie er helemaal geen duisternis is. Zo zal het licht steeds helderder op ons schijnen en zullen we ons steeds meer bewust worden van de verborgen zonden die zich verschuilen in ons vlees, waarvan we ons in het verleden niet bewust waren; en het bloed van Jezus reinigt ons van al die zonden.
Hieruit volgt dat naarmate wij dichter bij de Heere komen, wij ons ook steeds meer bewust zullen worden van de zonde in ons eigen vlees, en daarmee steeds minder aandacht zullen hebben voor de zonden in mensen om ons heen. We zullen niet langer geneigd zijn om stenen te werpen naar de vrouw die in overspel betrapt werd, want in de aanwezigheid van Jezus zijn we ons bewust van de zonde in ons eigen vlees. daarom roepen we niet: “Wat een ellendige vrouw is dat!”, maar: “Wat een ellendig mens ben ik!” (Romeinen 7:24). Adam wees zelfs toen hij voor God stond met de beschuldigende vinger naar zijn vrouw (Genesis 3:12). Maar de Heere maakte hem bewust van zijn eigen zonde (Genesis 3:17). Dit zal God ook voor ons doen. En deze grote test bepaalt uiteindelijk of wij slechts religie hebben en een aantal leerstellingen, of dat wij werkelijk leven voor het aangezicht van God Zelf!
Is de wijn al opgeraakt in ons persoonlijk leven, in ons huwelijksleven of in ons Gemeenteleven? Dan is het de hoogste tijd geworden om Gods aangezicht te zoeken en om ons gebrek eerlijk te erkennen. Hij alleen kan ons de nieuwe wijn geven! De nieuwe wijn in Kana was niet geproduceerd door menselijke inspanning. Het was een bovennatuurlijk werk van God. Zo kan het ook in ons leven zijn. Hij zal Zijn wetten in ons hart schrijven en in ons verstand geven, zodat wij Zijn volmaakte willen doen en zullen doen (Hebreeën 8:10, Filippenzen 2:13). Hij zal onze harten besnijden, zodat we hem zullen liefhebben en naar Zijn geboden zullen wandelen (Deuteronomium 30:6, Ezechiël 36:27). Ook dit zal, net zoals de nieuwe wijn in Kana, volkomen Zijn werk zijn. Dat is de betekenis van genade. Wij kunnen het leven van Jezus niet produceren – zelfs niet als we dat ons hele leven zouden blijven proberen. Maar als wij “het sterven van de Heere Jezus” in ons lichaam meedragen (dagelijks het kruis opnemen en sterven aan ons eigen ik, onze eigen wil, onze eigen rechten en onze eigen reputatie), dan belooft God dat Hij de nieuwe wijn van het leven van Jezus in ons zal produceren (II Korintiërs 4:10).
Deze wedstrijd moeten wij rennen terwijl wij onze ogen op Jezus gericht houden, waarbij we onszelf te allen tijde slechts met Hem vergelijken. Alleen dan zal onze roep voortdurend zijn: “Wat een ellendig mens ben ik!”, want dan zullen wij ons er altijd van bewust zijn hoe anders wij zijn dan Jezus, zelfs wanneer wij zijn gekomen tot een leven van overwinning over bewuste zonde. Degenen die zichzelf afmeten aan andere gelovigen zijn in geestelijk opzicht dwaas (II Korintiërs 10:12). Dat is namelijk de snelste route op weg naar geestelijke trots en naar honderd-en-één andere zonden. We zullen nooit het gevaar lopen om geestelijk trots te worden zo lang onze ogen op Jezus gevestigd blijven en wij onszelf voortdurend met Hem vergelijken. De Heilige Geest toont ons de heerlijkheid van Jezus in de spiegel van Gods Woord en pas dan kan Hij onze gedaante veranderen naar Zijn beeld (II Korintiërs 3:18). Paulus zei dat hij slechts één doel had wat hij wilde bereiken – niet de bekering van de ongelovigen, maar “de prijs van de roeping van God, die van boven is, in Christus Jezus” (om Hem gelijkvormig te worden) (Filippenzen 3:13-14). En daarna zegt hij: “Laten wij dan, die geestelijk volwassen zijn, deze gezindheid hebben” (Filippenzen 3:14). Met geestelijk volwassen bedoelt hij: een rein geweten en een leven van overwinning over bewuste zonde. Met deze gezindheid bedoelt hij: de houding om te streven naar volkomen volmaaktheid en naar volledige gelijkvormigheid aan Jezus. Dit is het kenmerk van een Christen die geestelijk volwassen is. In het leven van een volwassen man van God komen een bediening, evangelisatie en dergelijke zaken, allemaal op de tweede plaats.
Johannes leert ons ook dat wij door in het licht van God te wandelen gemeenschap met elkaar kunnen hebben (I Johannes 1:7) – niet slechts gemeenschap met God, maar ook gemeenschap met andere gelovigen in volmaakte eenheid. De reden hiervoor is heel eenvoudig. Iemand die in het licht van God wandelt, en dus leeft voor Gods aangezicht, zal zich altijd bewust zijn van zijn eigen tekortkomingen zal dus altijd zichzelf beoordelen. Zodoende zal hij geen reden hebben om andere broeders te beschuldigen. En dus kan er nooit twist ontstaan tussen twee broeders die deze weg bewandelen. Dit is de smalle weg die naar het leven leidt, waarvan Jezus heeft gezegd dat slechts weinigen hem vinden (Matteüs 7:14). het oordeel begint bij het huis van God, bij de rechtvaardigen, omdat God in Zijn huis woont in een ontoegankelijk licht (I Petrus 4:17; I Timoteüs 6:16). “Wie onder ons kan verblijven bij een verterend vuur?...Hij die wandelt in gerechtigheid” (Jesaja 33:14-15). Wandelen in gerechtigheid betekent dat je bereid bent om de waarheid over jezelf onder ogen te zien.
Dit was ook de zonde van de leider van de Gemeente in Laodicea: Hij leefde niet met de voortdurende gewoonte om zichzelf te beoordelen en dus wist hij niet dat hij “ellendig” was (Openbaring 3:17). Het is overigen makkelijk om die fout te maken wanneer je een leider bent.
Laten wij altijd zo leven voor Gods aangezicht dat we in voortdurende gebrokenheid en voortdurende zelfbeoordeling leven, terwijl we roepen: “Wat een ellendig mens ben ik!” Als we dit doen dan zullen we, zelfs wanneer we het hoogtepunt van heiligheid bereiken, met oprechtheid en eerlijkheid en zonder valse nederigheid nog steeds kunnen zeggen: “Ik ben de allerminste van alle heiligen...ik ben de voornaamste zondaar.” (Efeziërs 3:8; I Timoteüs 1:15). Zo zullen we gemeenschap hebben met andere gelovigen die ditzelfde pad bewandelen en geleidelijk zal onze gemeenschap meer en meer worden zoals de gemeenschap die de Vader en de Zoon met elkaar hebben (Johannes 17:21). Dat is de nieuwe wijn die Jezus ons wil geven.
De nieuwe wijnzak
Velen die zich tot nu toe in deze boodschap verheugd hebben, zijn niet bereid om ook daadwerkelijk de prijs te betalen voor de nieuwe wijnzak. Maar Jezus zei: “nieuwe wijn moet men in nieuwe zakken doen” (Lukas 5:38). En daarin wordt onze gehoorzaamheid op de proef gesteld.
Om de nieuwe wijn te verkrijgen moeten we strijden tegen zonde. Maar om de nieuwe wijnzak te verkrijgen moeten we strijden tegen religieuze tradities die het Woord van God teniet hebben gedaan. En het is voor veel mensen veel moeilijker om los te komen van menselijke tradities dan om los te komen van zonde! Maar alleen geweldenaars zullen het Koninkrijk van God bezitten (Matteüs 11:12). Religieuze tradities kunnen alleen met geweld worden weggedaan.
Jezus is niet gekruisigd omdat Hij tegen zonde predikte maar omdat Hij tegen de religieuze tradities predikte, die het Woord van God hadden vervangen onder de Joden (Markus 7:1-13). Hij wees op de huichelarij van de religieuze leiders en op de leegheid van hun religieuze tradities. Uit de tempel verwijderde hij de mensen die geld verdienden in de naam van religie. Zijn ijver om Gods huis te zuiveren was wat de religieuze leiders woedend maakte, zodat zij vroegen om Zijn kruisiging.
Het is onwaarschijnlijk dat de mensen ons zullen kruisigen wanneer wij een boodschap van ‘gebrokenheid’ en van de nieuwe wijn prediken. Maar als je vastbesloten bent om het volledige raadsbesluit van God te prediken, namelijk dat de nieuwe wijn ook in nieuwe wijnzakken bewaard moet worden, dan moet je rekening houden met woedende reacties vanuit elke religieuze hiërarchie binnen iedere Christelijke denominatie.
Waarom heeft Jezus gezegd dat de nieuwe wijn niet in de oude wijnzak gegoten kan worden? Omdat de oude wijnzak niet meer kan uitrekken, waardoor deze zal barsten. Ooit was de oude wijn zak wel nuttig geweest – om de oude wijn daarin te stoppen – maar voor de nieuwe wijn is hij van geen enkel nut meer.
Het Joodse religieuze systeem – de oude wijnzak – was ooit door God ingesteld via Mozes om de oude wijn te bevatten. Maar toen Jezus eenmaal gekomen was en een nieuw verbond had ingesteld, was er een nieuwe wijnzak nodig. De oude wijnzak moest weggedaan worden. Jezus heeft gezegd dat dit oude ook niet aangepast zou kunnen worden door het nieuwe erop te zetten. Want dan zou het kleed scheuren (Lukas 5:36).
Het zou kunnen dat wij als Christenen denken dat wij al van die oude Joodse wijnzak af zijn en dat wij een nieuwe wijnzak hebben in de vorm van de Christelijke kerk. Maar als je goed kijkt naar wat jij jouw Christelijke kerk noemt, dan zou je versteld kunnen staan van het aantal Oudtestamentische kenmerken wat je daarin ziet.
Er zijn veel voorbeelden hiervan, maar laten we eens naar drie voorbeelden kijken.
Allereerst hadden de Joden een speciale stam (de Levieten), bestaande uit priesters die al het religieuze werk deden. Niet alle Joden konden priesters worden. Maar onder het nieuwe verbond zijn alle gelovigen priesters (I Petrus 2:5; Openbaring 1:6). In theorie geloven de meeste Christenen deze waarheid wel, maar het wordt door slechts weinigen daadwerkelijk toegepast. Bijna iedere groep Christenen heeft haar ‘priester’, ‘Gods dienaar’ of ‘voltijds werker’. Dergelijke leiders zijn precies zoals de oude Levieten en leiden de aanbidding van Gods volk. Slechts deze ‘Levieten’ mogen nieuwe gelovigen dopen of het Avondmaal leiden. En deze ‘Levieten’ worden ondersteund door de tienden van Gods volk. In de samenkomsten staan deze ‘Levieten’ altijd op de voorgrond, waardoor er geen ruimte is voor de bediening vanuit het Gemeentelichaam. Een samenkomst waarbij slechts één iemand steeds het woord voert is onderdeel van de oude wijnzak. In het nieuwe verbond kan iedere gelovige drinken van de nieuwe wijn, gezalfd worden met de Heilige Geest en de gaven van de Geest ontvangen. Twee of drie profeten moeten de samenkomst beginnen, één of twee mensen kunnen in tongen spreken (waarbij beiden vertaald moeten worden) en het staat iedere gelovige vrij om in de samenkomst te profeteren om de Gemeente op te bouwen (Dat is de nieuwe wijnzak (I Korintiërs 14:26-31). De nieuwe wijn wordt beschreven in I Korintiërs 13: het leven van de liefde. De nieuwe wijnzak wordt beschreven in I Korintiërs 12 en I Korintiërs 14. Maar hoeveel gelovigen willen de dingen op Gods manier doen? Helaas slechts weinigen. De meesten zijn tevreden met hun oude wijnzak, en met hun betaalde ‘Levieten’.
Een tweede voorbeeld. De Joden hadden hun profeten die voor hen Gods wil konden raadplegen over diverse zaken – omdat slechts de profeten de Geest hadden. Maar in het nieuwe verbond hebben de profeten een andere functie, namelijk die van het opbouwen van het lichaam van Christus (Efeziërs 4:11-12). Omdat alle gelovigen nu de Heilige Geest kunnen ontvangen, hoeven zij niet meer naar een of andere profeet te gaan om Gods wil voor hen te laten uitzoeken (Hebreeën 8:11; I Johannes 2:27). En toch leven nog zoveel gelovigen vanuit die oude wijnzak, doordat zij naar een of andere man van God gaan om uit te vinden wat ze moeten doen, met wie ze moeten trouwen, enzovoorts.
Ten derde waren de Joden een grote gemeenschap van mensen die over een groot gebied verspreid waren, maar die een centraal hoofdkwartier hadden in Jeruzalem met een aardse hogepriester als hun leider. In het nieuwe verbond is alleen Jezus onze hogepriester en het enige hoofdkwartier wat we hebben is de troon van God. De Joden hadden een kandelaar waarbij zeven vertakkingen voortkwamen uit een centrale stam (Exodus 25:31-32). Dit was de oude wijnzak.
In het nieuwe verbond is iedere lokale Gemeente een aparte kandelaar – zonder vertakkingen. Dit is duidelijk te zien in Openbaring 1:12-20, waar de zeven lokale Gemeenten in Klein-Azië afgebeeld worden door zeven afzonderlijke kandelaren – in tegenstelling tot de Joodse kandelaar. Jezus wandelt, als Hoofd van de Gemeenten, te midden van die kandelaren. Er was in die dagen geen aardse paus, algemeen oppertoeziener of president van een of andere denominatie. Ook was er nergens op aarde een hoofdouderling die het laatste woord had in Gemeentezaken. Iedere lokale Gemeente werd bestuurd door lokale ouderlingen. Deze ouderlingen stonden onder het directe gezag van de Heere als hun Hoofd. Maar tegenwoordig zien we massa’s Christenen om ons heen die in een denominatiesysteem (de oude wijnzak) zitten, hetzij met hetzij zonder een naam – want er zijn ook groepen die beweren dat zij geen denominatie zijn, maar niet desalniettemin alle kenmerken van een denominatie dragen. Dit is allemaal de oude wijnzak.
God heeft de lokale Gemeente als de nieuwe wijnzak ingesteld om zo de verspreiding van bederf te voorkomen. Als de zeven Gemeenten in Klein-Azië allemaal takken van elkaar geweest waren, dan zouden de bedorven leerstellingen van Bileam en de Nikolaïeten en de valse profetieën van Izebel, zich verspreid hebben door al die zeven Gemeenten. Maar omdat het allemaal afzonderlijke kandelaren waren, konden de twee Gemeenten in Smyrna en in Filadelfia zichzelf zuiver houden. Zorg dus dat je je ontdoet van die oude wijnzak van het denominatiesysteem (ook wel: kerkgenootschap), als je wilt dat de Gemeente puur blijft.
Laat de Heere vandaag de dag vele geweldenaars doen opstaan die bereid zijn om de menselijke tradities, die zó veel mensen gevangen hebben genomen, geweld aan te doen (Matteüs 11:12). En die het lichaam van Christus op elke plaats zullen opbouwen.
Wil je graag het volledige boek lezen?
Bron:
https://www.heartcry.nl/webwinkel/boeken/nieuwe-wijn-in-nieuwe-zakken/
Reacties
Een reactie posten