DE BERGREDE


TE MOGEN VERSTAAN


ALS


DE WEG EN DE WAARHEID EN HET LEVEN


JOHANNES 14:6


C.J.H.THEYS


DE BERGREDE


DEEL III


(vervolg)


ALGEMENE RAADGEVINGEN VOOR HEN

DIE JEZUS WILLEN VOLGEN


DE SMALLE WEG EN DE TOEGANGSPOORT

(Matteüs 7:13-23).


Gaat in door de enge poort; want wijd is de poort, en breed is de weg, die tot het verderf leidt, en velen zijn er, die door dezelve ingaan; want de poort is eng, en de weg is nauw, die tot het leven leidt, en weinigen zijn er, die denzelven vinden”

(Matteüs 7:13-14).


Het laatste deel van Jezus’ Bergrede, doet de vraag rijzen: is het nog wel zinnig om, juist nù alles zich toespitst, te spreken over deze woorden uit het laatste deel van de Bergrede? Juist nù nog te spreken over de vraag “wat het kost om Jezus Christus te volgen”. Hier, aan het einde van Zijn betoog, wordt òns de rekening gepresenteerd. Hier wordt ons dan meteen duidelijk wàt de weg van Jezus in feite is, en wat het betekent om Hem te volgen en van Hem te zijn.
Wat heeft de apostel Paulus ook alweer gezegd?

Hetzij dat wij leven, wij leven de Here; hetzij dat wij sterven, wij sterven de Here. Hetzij dan dat wij leven, hetzij dat wij sterven, wij zijn des Heren” (Romeinen 14:8).

Hoe wij het ook bekijken, en van welke zijde wij het ook benaderen; het gaat ten slotte maar om één dringende vraag, namelijk: WAT IS CHRISTEN ZIJN IN DEZE WERELD?

De één zegt: het is de Bijbelse leerstellingen aanvaarden en het gezag van de kerk van Jezus Christus erkennen en trouw zijn.

De ander beweert: Christen-zijn is een goed mens proberen te zijn in dit leven, God liefhebben boven allen en je naaste met de daad. Wij weten niet welke van deze twee meningen en standpunten u deelt. Wat wij wèl weten is, dat beide “stellingen” halve waarheden zijn, en dus...hele leugens!

Christen-zijn is Jezus volgen op Zijn weg,...door dik en dun. Op de weg van de meeste weerstand,...op de smalle weg. Dat betekent dus niet onze eigen(-zinnige) weg willen volgen – niet doen wat wij zo graag willen doen, maar de “kruisweg” gaan zonder enige restrictie, zonder ònze overbekende “ja-maars”, ook al loopt alles ons tegen. Vooral dit laatste moeten wij niet vergeten!

Wie godzaliglijk wil leven in Christus Jezus, die zullen vervolgd worden” (II Timoteüs 3:12).

Het wordt hoe langer hoe moeilijker om met ons geloof te leven in een verstikkend maatschappelijke klimaat, zoals wij dat tegenwoordig hebben. Die geweldige zuigkracht van de wereld, die kwade en hoogst bedrieglijke invloeden van al die mensen om ons heen, daarbij nog gevoegd onze eigen kwetsbaarheid,...dit alles werkt zo hevig in op het uitdragen van ons geloof.

Wij vragen ons dan zo dikwijls af: is er nog wel toekomst voor het Christelijk geloof en voor de Gemeente als het Lichaam van Christus?

Wie de grote levensbeslissing genomen heeft om Jezus Christus te volgen, moet er zich terdege op voorbereiden, dat hij alleen op die smalle weg zal moeten gaan om het ware, blijvende geluk te vinden! Dat smalle pad en die enge poort, zijn de enige toegangswegen. Zij horen bij elkaar en vertellen ons, dat het onmogelijk is om de vastgestelde levensgang te (willen) veranderen, noch voorwaarden te stellen. Maar, dat wij daarentegen ons zèlf hebben te veranderen en te voegen naar de richting en de vormen van déze “ingang” en de “rotspoort” van Gods onveranderlijke levenswet,...door welke wij òòk dan nòg, maar nauwelijks zullen ingaan.

Indien iemand lijdt als een Christen, die schame zich niet, maar verheerlijke God in dezen dele. Want het is de tijd, dat het oordeel begint bij het huis Gods; en indien het eerst van òns begint, welk zal het einde zijn dergenen, die het Evangelie van God ongehoorzaam zijn? En indien de rechtvaardige nauwelijks zalig wordt, waar zal de goddeloze en zondaar verschijnen?”

(II Petrus 4:16-18).

IKZELF BEN DIE WEG EN DAT LEVEN!” spreekt Jezus.

Hij heeft ook gezegd: “Niemand komt tot de Vader (dus niemand zal kunnen ingaan in dat Vaderhuis met zijn vele woningen) dan door Mij!” (Johannes 14:6b)

Alleen door voortdurend te waken tegen het alom loerende kwaad en wakker aan alle verleiding weerstand te bieden; door bidden en door niet rechts of links af te wijken van de ons aangewezen weg, zullen wij ons op dit smalle pad onder de leiding van de Heilige Geest kunnen staande houden. Als wij metterdaad tonen inderdaad bereid te zijn om, evenals Hij, die weg tot het einde te gaan,...dat is: dóór de dood van het oude ik èn de wedergeboorte èn vernieuwing des Heiligen Geestes tot in dat eeuwige leven. Alleen door strijd zullen wij kunnen ingaan, want het zijn voorwaar grote eisen, die gesteld worden aan de weinigen, die weten vol te houden. Het is een strijden van het begin tot het einde!


Weinigen zullen die poort en die weg vinden” zegt Jezus.

Niet omdat zij niet oprecht daarnaar zoeken, maar omdat velen (nog vóór zij halverwege zijn) weer omkeren, als zij zien, hoe smal, hoe moeilijk begaanbaar dit pad is, en hoe eng de poort. Het leven zelf leert ons, dat wanneer wij een doel willen bereiken dat goed en begerenswaardig is, wij ook regelrecht op dat doel moeten afgaan en daarbij al ons streven en denken op moeten richten om te trachten dat zo snel mogelijk te winnen.
Hoe kwam Jezus toch aan die beelden? De verrassende ontdekking is, dat Hij die ontleent aan die intocht in Jeruzalem waarover wij eerder geschreven hebben...Als Jezus de poort van de stad nadert, ziet Hij ook die grote mensenmenigte. Deze kan twee kanten uit…

Daar is de weg naar de poort van Damascus – een brede weg. Het ligt voor de hand, dat velen deze weg nemen; hij is het gemakkelijkst. De verderop komende vernauwing wordt vanaf het begin niet opgemerkt of gezien.
Dan is er ook nog een andere weg, meer een pad, dat leidt naar de Essener-poort. Hier hebben wij dat beeld van die smalle weg en die enge poort. Op dit pad moet men rustig achter elkaar lopen, voetje voor voetje en niet dringen of duwen. Het heeft geen zin. Iedereen moet de tijd nemen...In deze gelijkenis zit alles verborgen. Eenvoudig, maar vol realiteitszin.


Zo dan, hiermede hebben wij de letterlijke uitbeelding. Vóórdat wij verder gaan, graag nog dit: wàt is die smalle weg eigenlijk? En hoe ziet die brede weg eruit? Wij kunnen ons een en ander voorstellen, als wij een oude plaat ons herinneren. Deze hing vroeger overal aan de muur. Die prent was een getekende uitbeelding...De “brede” weg was een weg met vele en velerlei aantrekkelijkheden en overal genietende mensen – jong, oud, rijk, arm, groot en klein. Hij liep echter uit in...brandend vuur.

Een voorstelling van de hel! De “smalle” weg zag er erg droefgeestig uit, met slechts hier en daar een mens. Voor de rest geen nieuws. Maar deze kwam tenslotte uit in...de hemel!

Velen onder ons zullen wel de tijd genomen hebben om naar deze voorstelling van het leven te kijken, en velen zullen diep in hun gemoed zich hebben afgevraagd: “is dit werkelijk zó?”

Gode zij dank, behoort dit alles nu tot het verleden.
Zonder het wellicht te wéten, hebben wij de hele tijd dat wij samen bezig zijn met de Zaligsprekingen van Jezus, deze SMALLE WEG VAN HEM mogen zien. Nergens bangmakerij, nergens dreigingen. Integendeel overal heerlijke beloften. Beloften, die onze harten, niet onze warhoofden, vullen met geloof in Hem, Die kwam om ons te redden; Die ons nieuwe hoop heeft gegeven in een toekomst, waarin wij, door Zijn Geest, veranderde mensen zullen zijn,...nieuwe schepselen...op wier aangezichten (wederom) het beeld van de onzienlijke God gezien zal worden,...in wier handel en wandel (wederom) de gelijkenis met Jezus zal worden gekend. O, welk een genade!

Dank, duizendmaal dank Here Jezus!!!

Inderdaad, dit gedeelte van de Zaligsprekingen van Jezus doet ons verstaan, dat (als wij met Jezus op weg gaan,...als wij met Hem op stap gaan, zó, dat wij Hem trouw volgen) wij vanzelf geloven in Zijn macht en Zijn kracht, waardoor wij anders gaan leven,...waardoor ons héle bestaan nieuwe betekenis krijgt,...waardoor wij béter dan ooit tevoren Zijn woorden verstaan: “gij zijt zout” – “gij zijt licht”! Alles van onszelf valt af: Jezus handhaaft ons, wij hoeven niets meer waar te maken.

Aardse schatten zijn alleen nog maar nodig voor ons dagelijks bestaan. Het verzamelen van schatten in de hemel wordt een vanzelfsprekende zaak. Jezus Christus ons rijkste en volmaaktste bezit!! “Wie de Zoon heeft...” Glorie voor Hem! Amen.


Géén angst, géén vrees, géén zorgen meer voor de dag van morgen, géén dikdoenerij, géén façades meer in ons bevrijd, verjongd en met werkelijkheid gevuld geloofsleven. Dat alles is voor goed voorbij; het is alles nieuw geworden! Dit alles ontdekken wij nu in de Bergrede van Jezus. Hier de echte tekening van de smalle weg ten leven. Hier de “werktekening”. Nù begrijpen wij het ( het ligt voor de hand): zo’n smalle weg moet men inderdaad “zoeken”. Die andere, die brede “ziet” iedereen direct, en wij mogen verstaan, “waarom” zo velen zich aansluiten bij “iedereen”. Helaas, niemand van hen ziet bij het begin...het droevige, ontstellend, vreselijk, dramatische einde. Niemand ziet die grijnslach van de duivel in zijn domein...de hel.

Hemel en hel – hemel òf hel: eeuwigheden, maar òòk werkelijkheden. Houd daar a.u.b. rekening mee!

Tòch dienen wij te verstaan, dat ons “geloofsleven” niet een kant-en-klare zaak is; niet een kwestie van: ik wéét het nu, ik heb het nù, ik wéét alles al. Velen denken dit, en daarom willen wij hiervoor nog eens alle aandacht vragen. Het blijft “vragen” = BIDDEN om voortdurende leiding; het blijft “zien” = LETTEN OP wat de Geest wil; het blijft “opmerken” = WAARHEEN Hij ons voor gaat. Amen.

Op de smalle weg komen wij alleen te staan...Mèt Hem, Die ons is gegeven om ons te leiden hier in dit aardse leven. Men is dan géén kuddedier dat met de massa optrekt. Men heeft gekozen en ergens mee gebroken. Bloedbanden naar het vlees tellen niet meer mee.

Op de smalle weg zullen er dingen zijn waarmee wij moeite zullen hebben; die ons aanvechten, ons geloof dikwijls tegenspreken. Echter: hij IS GODS WEG voor de wedergeboren en met de Geest vervulde Christen.

Op de smalle weg vinden wij...de Gemeente, de vergadering van gelijkdenkenden, van geloofsgenoten. Maar, WIJZELF MOETEN KIEZEN, WIJZELF MOETEN WILLEN OM ERBIJ TE WILLEN HOREN, en wat het moeilijkste is: WIJ MOETEN ERBIJ WILLEN BLIJVEN. Waarom moeilijk? Omdat in dit bij elkaar blijven, in onze omgang met elkaar, in onze verhouding tot elkaar,...wij “de smalle weg van het KRUIS-DRAGEN gaan. Daarom. Miskenning, achteruit gezet worden, onverdraagzaamheid, bekrompenheid, jaloezie, afgunst, ergernis, en soms liefdeloosheid!

Met dit alles krijgen wij te maken, en alles komt zo vreselijk hard aan; juist omdat wij deze ondervinden vanuit de Gemeente en niet van de wereld. DE SMALLE WEG EN HET KRUIS-DRAGEN ZIJN IDENTIEK.

Maar God verlangt niet het onmogelijke van de mens. Het smalle pad tot het einde toe gaan is nu eenmaal de levensweg voor de wedergeboren discipel! Pad èn poort vragen om volmaakte toewijding van héél het leven. Allen worden hiertoe aangespoord en gedrongen, maar niemand wordt gedwongen.

In de vrijwilligheid schuilt de blijdschap.

Laat niemand stoer doen, laat niemand zich op de borst rammen. Dat wij het elkaar gunnen, en als er fouten zijn, gebreken en tekortkomingen (en deze zullen er zijn, zolang er nog “vlekken zijn en rimpels”!), laten wij dan ons hart spreken wanneer het anderen zijn, en ons hoofd, als het onszelf betreft. U begrijpt wel wat wij bedoelen. Mild in ons oordeel over anderen – kritisch en streng tegenover onszelf!

Het is niet te loochenen, het staat opgetekend, het is Gods eigen getuigenis: JEZUS CHRISTUS GING ALLEEN ZIJN WEG OM DER WILLE VAN ONS ALLEN. En daarom moeten de weinigen die Hem volgen op Zijn weg, dit doen om der wille van die velen, die Hem niet (kunnen) volgen. HIJ IS HET EENS EN VOOR ALLEN, DOOR GOD, GEZETTE VOORBEELD. Amen.
“Daarom dan ook, alzo wij zo groot een wolk der getuigen rondom ons hebben liggende, laat ons afleggen allen last, en de zonde, die ons lichtelijk omringt, en laat ons met lijdzaamheid lopen de loopbaan, die ons voorgesteld is; Ziende op den oversten Leidsman en Voleinder des geloofs, Jezus, Dewelke, voor de vreugde, die Hem voorgesteld was, het kruis heeft verdragen, en schande veracht, en is gezeten aan de rechter hand des troons van God. Want aanmerkt Dezen, Die zodanig een tegenspreken van de zondaren tegen Zich heeft verdragen, opdat gij niet verflauwt en bezwijkt in uw zielen” (Hebreeën 12:1-3) en

Want hiertoe zijt gij geroepen, dewijl ook Christus voor ons geleden heeft, ons een voorbeeld nalatende, opdat gij Zijn voetstappen zoudt navolgen” (I Petrus 2:21).
EN AAN HET KRUIS HEEFT HIJ ALLES VOLBRACHT, EN HIJ IS EEN KONING DER KONINGEN EN EEN HERE DER HEERSCHAREN!!

Hem zij de heerlijkheid tot in alle eeuwigheid. Amen.


(wordt vervolgd)

Reacties

Populaire posts van deze blog